- Home
- Vereniging
- Vakgroep vbr
- Techniek
- Kwaliteitsborging in betonreparatie
Kwaliteitsborging in betonreparatie
In de overeenkomst tussen opdrachtgevers en uitvoerende bedrijven staan specifieke prestatie-eisen voor betonreparatiewerken. Het is raadzaam voor opdrachtgevers om te eisen dat een gecertificeerd betonreparatiebedrijf het werk uitvoert. Dit biedt de beste garantie dat de uitgevoerde werkzaamheden voldoen aan de overeengekomen kwaliteits- en prestatie-eisen.
Certificering betonreparatie
Sinds 2017 bestaat het KOMO-procescertificaat voor "Het technisch repareren en beschermen van beton" (BRL 3201:2017, deel 1) en voor "Het constructief repareren en versterken van beton" (BRL 3201:2017, deel 2) om de kwaliteit van betonreparaties te waarborgen. Binnen het Beton Onderhouds Platform (BOP) zijn alle VBR-bedrijven in het bezit van beide certificaten. Daarnaast voldoen alle VBR-bedrijven aan de VCA-checklist 2017 voor veiligheidsmanagementsystemen en voldoet hun kwaliteitsmanagementsysteem aan de eisen van NEN-EN-ISO 9001:2015. Dit onderscheidt VBR-bedrijven van andere reparatiebedrijven, doordat ze gewend zijn de geleverde kwaliteit aan te tonen aan opdrachtgevers en actief bijdragen aan de veiligheid van personeel en de omgeving.
Beoordelingsrichtlijn (BRL) 3201
De Beoordelingsrichtlijn BRL 3201:2017 is gebaseerd op de Europese norm NEN-EN 1504, CUR-Aanbeveling 118:2015 ("Specialistische instandhoudingstechnieken – Repareren van beton") en CUR-aanbeveling 119:2018 ("Specialistische instandhoudingstechnieken - Vullen en injecteren van scheuren, naden en holle ruimten in beton"). In tegenstelling tot eerdere richtlijnen, legt deze nieuwe BRL de focus meer op de gewenste prestatie van de opdrachtgever, afgestemd op het doel van de reparatie, of dat nu esthetisch, technisch of constructief is. Dit vergemakkelijkt de keuze voor een gekwalificeerd reparatiebedrijf, afhankelijk van het type reparatie.
Toezicht
Gecertificeerde VBR-bedrijven krijgen regelmatig controles van onafhankelijke certificerende instellingen, zoals SGS-INTRON, KIWA en SKB-IKOB. Deze instellingen beoordelen twee keer per jaar op kantoor het functioneren van het kwaliteitssysteem van de bedrijven en voeren minimaal zes keer per jaar steekproefsgewijze controles uit op lopende projecten.
Het onderscheid tussen esthetisch, technisch en constructief herstel
Bij betonreparatie bestaat onderscheid tussen esthetische, technische en constructieve betonreparaties. Dat is van belang voor opdrachtgevers, adviseurs en uitvoerende bedrijven. Als leidraad voor dit onderscheid fungeert CUR-Aanbeveling 118, die zwaardere eisen stelt aan de uitvoering van constructieve reparaties. Risico's worden nu beoordeeld volgens gevolgklassen, analoog aan de Eurocodes. Daarbij gelden specifieke eisen op basis van de projecttoepassing en gevolgklasse voor keuring, controle en kwalificatie van het uitvoerende bedrijf en zijn medewerkers.
- Esthetisch: Reparatie van oppervlakkige betonschade zonder effect op duurzaamheid, technische of constructieve functie, en zonder aanwezigheid van betonstaal op de reparatieplek.
- Technisch: Herstel van betonschade met als primair doel de duurzaamheid te herstellen en verdere corrosie van betonstaal te voorkomen.
- Constructief: Reparatie van betonschade met constructieve gevolgen, gericht op herstel of versterking van het draagvermogen of de constructieve functie van het onderdeel.